Wiskundemeisjes

Ionica & Jeanine
 
Slik Internetbureau Rotterdam Internetbureau Rotterdam



Je bekijkt nu de archieven van januari 2013.

  • Laatste Reacties

Categorieën

Archief

Archief voor januari 2013

Deze column verscheen afgelopen weekend in de Volkskrant.

Beste Republikeinen,

Deze week begon Barack Obama officieel aan zijn tweede termijn in het Witte Huis. Dat is natuurlijk balen voor jullie. Hoe kan het dat die linkse hippie alweer heeft gewonnen? Is er soms iets mis met het Amerikaanse verkiezingssysteem? Vorige week opperde jullie voorzitter Reince Priebus in elk geval om eens een andere manier van stemmen te overwegen. Een heel goed idee, want dat systeem met kiesmannen is op zijn zachtst gezegd merkwaardig.

Iedere volwassen Amerikaan mag op zijn favoriete presidentskandidaat stemmen. De stemmen worden vervolgens per staat geteld. Dat is allemaal nog goed te volgen. Maar dan komen die mysterieuze kiesmannen. Elke staat heeft een aantal van die kiesmannen: hoe meer inwoners, hoe meer kiesmannen. Per staat krijgt de kandidaat met de meeste stemmen alle kiesmannen van die staat. Bij de vorige verkiezingen haalde Obama in Florida bijvoorbeeld een krappe meerderheid van 50,01 procent, maar pikte daarmee alle 29 kiesmannen in. In totaal zijn er 538 kiesmannen te verdelen en degene die er de meeste krijgt, wordt de president. (Ik weet dat er wat uitzonderingen zijn, maar zolang de meesten van jullie geloven dat Nederland een stad in Denemarken is, denk ik dat we daar niet over moeten zeuren.)


kiesmannen per staat

De kiesmannen per staat en naar wie ze gingen bij de verkiezingen van 2012.


Jullie partij suggereerde vorige week dat het beter zou zijn om de kiesmannen voortaan per district te verdelen in plaats van ze allemaal aan de winnaar van de hele staat te geven. Jullie noemden als voorbeeld Michigan, een staat die in hart en nieren Republikeins is. Bij de verkiezingen won Romney er in negen van de veertien districten. Desondanks ging alle kiesmannen naar die verdraaide Obama.

Die kiesmannen vertekenen inderdaad de uitslag en jullie voorstel om ze anders te verdelen, is helemaal niet zo gek. Het is alleen een beetje jammer dat jullie alleen een ander stelsel willen invoeren in de staten waar dat voor de Republikeinen gunstig is. Dat is niet zo netjes.

Daarnaast is het een heel gedoe om de kiesmannen netjes over de districten te verdelen. Zou het niet veel makkelijker zijn om in elke staat de kiesmannen procentueel te verdelen? Als een kandidaat vijftig procent van de stemmen krijgt, dan krijgt hij ook de helft van de kiesmannen. Bij het optellen van de uitslagen moet je eventueel een beetje afronden, maar dat is allemaal niet zo ingewikkeld. Ik heb even gerekend aan de uitslag van vorig jaar: met dit systeem zou Mitt Romney 256 kiesmannen hebben gekregen. Vijftig meer dan hij er nu had, maar helaas voor jullie nog niet genoeg voor de meerderheid.

Nog makkelijker zou het zijn als jullie die kiesmannen er helemaal uitgooien. Het is misschien een naïef Europees idee, maar waarom doen jullie niet gewoon “meeste stemmen gelden?”. Al snap ik wel dat jullie als Republikeinen daar niet zo voor zijn, want in 2000 haalde George Bush minder stemmen dan tegenstander Al Gore, maar dankzij jullie gekke kiesmannensysteem werd hij lekker toch president.

Eigenlijk denk ik dat er maar één systeem is dat de Republikeinen altijd een groot voordeel geeft. Stel voor om de kiesmannen te verdelen volgens de grootte per staat, los van het aantal inwoners. Dan zitten jullie goed. Ik ben alleen bang dat dit voorstel nog meer hoongelach op zal leveren dan jullie huidige ideetje.

Best wishes,

Ionica


Deze column verscheen afgelopen weekend in de Volkskrant.

Beste Jamie Oliver,

Deze week maakte ik je recept voor geblakerde kip met quinoa-salade. Een heerlijke maaltijd, daarover heb ik niets te klagen. Maar ik vond het wel jammer dat ik die avond een stuk langer in de keuken stond dan gepland. Ik haalde het recept uit je boek Jamie in 15 minuten. De maaltijden in dat boek zouden stuk voor stuk binnen vijftien minuten op tafel moeten staan, ideaal dus voor een doordeweekse avond. Ik nam de proef op de som toen ik om zes uur hongerig uit mijn werk gerend kwam.

Zoals je boek voorschrijft zette ik eerst alle ingrediënten, pannen en andere keukenspullen netjes klaar. Zelfs het kokend water moet klaarstaan voor die bereidingstijd van vijftien minuut ingaat. Waarom is me een raadsel. Tien minuten haastig zoeken naar piment en de juiste opzetstukjes voor de keukenmachine telt toch gewoon mee als tijd die je nodig hebt om het eten te bereiden?

Alle stond klaar, de tijd ging in en het echte werk begon. Quinoa wellen, allerlei kruiden in de keukenmachine hakken, kip marineren, platslaan en bakken. Toen waren de vijftien minuten ruim om en ik was nog niet eens op de helft van het recept. Daarna moest ik nog paprika’s, mango en avocado snijden. (Als schrale troost zag ik in het instructiefilmpje op je site dat het andere mensen ook ongeveer anderhalve minuut kost om een mango te snijden.) Uiteindelijk had ik vanaf het moment dat ik begon met koken drie kwartier nodig om de maaltijd op tafel te krijgen. Met het klaarzetten van de spullen erbij kwam ik op bijna een uur. Dat is wel wat meer dan die beloofde vijftien minuten.



Klik even op het filmpje om het te zien op YouTube. Grappig detail: ook op de site van Jamie Oliver is het filmpje geblokkeerd.

Uit recensies op bol.com blijkt dat ik niet de enige ben met dit probleem. Iemand schrijft hoopvol: “lekkere combinaties die na wat oefening in dertig minuten te maken zijn”. Een ander heeft de moed opgegeven en verzucht: “Je bent alleen al een kwartier bezig om de aanwijzingen te begrijpen en in juiste volgorde te zetten.”

Vandaar, beste Jamie, mijn vraag: hoe lang duurt een minuut bij jou? Gebruik je soms een obscure Britse meeteenheid? Ik weet dat jullie Engelse pond minder is dan een halve kilo en jullie pint juist iets meer dan een halve liter. Moeten we voor een minuut van jou misschien twee of meer van onze minuten rekenen? Dat zou een hoop verklaren.

Overigens zie ik een trend in je werk. In 2008 stond voorop je boek Jamie’s kookrevolutie “Écht iedereen kan leren koken in 24 uur” (en inderdaad, in een volledig etmaal moet het zelfs de grootste kluns lukken om één zo’n recept te bereiden). Daarna volgde Jamie in 30 minuten, de telefoon-app met recepten in 20 minuten (recepten die de argeloze amateur al snel een halve avond kostten) en nu dus Jamie in 15 minuten. Je ging dus stapje voor stapje van vierentwintig uur naar vijftien minuten. Ik hoop dat deze dalende lijn zich voortzet en dat er volgend jaar een boek Jamie in 3 minuten verschijnt. Die recepten kunnen gewone stervelingen als ik dan waarschijnlijk in een half uur op tafel krijgen. Dat moet net lukken op een doordeweekse avond.

Smakelijk,

Ionica

ps Dit is het recept (let ook op de woordspeling in de titel): Ge­bla­ker­de kip san fran-quinoa­sa­la­de. Laat me jullie recordtijden weten!


Deze column verscheen afgelopen zaterdag in de Volkskrant.

Beste Judith de Leeuw,

In de kerstvakantie was het tijd voor achterstallige zaken: huis opruimen, boeken lezen, tv-programma’s kijken waar ik nog niet aan toegekomen was. Zo zag ik op uitzending gemist je documentaire “Overal spullen”. Herkenbaar, ook in mijn huis liggen overal spullen (vandaar dat opruimen). Maar jij pakte het heel wat rigoreuzer aan. (Ik mag wel jij zeggen toch? Je bent tenslotte ongeveer even oud als ik, al werd je op grond van je spullen door verschillende mensen als ergens in de veertig of zelfs in de categorie “oude hippie” ingedeeld.) Je deed het heel systematisch, wiskundig zelfs. Je ging namelijk al je spullen tellen.

Dat is natuurlijk precies waar getallen voor bedoeld zijn. Dingen tellen. Vee, mensen, appels, noem maar op. Op het moment dat mensen hoeveelheden met elkaar willen vergelijken, worden getallen belangrijk. Lang geleden eerst als kerfjes in een stukje hout of botje (en elk kerfje correspondeerde dan met een ding, zoals wij nog steeds wel behaalde punten turven), uiteindelijk de getallen zoals wij die nu gebruiken.

Behalve geteld heb je je spullen ook gecategoriseerd. Net als wiskundigen, biologen en verzamelaars hebben nu ook de hippe mensen hun neiging tot categoriseren ontdekt. Een geweldig voorbeeld zijn de “voor”- en “na”-foto’s van opruimtaferelen van de Zwitser Ursus Wehrli. Nog een boek om te kopen: “Opruimen, dat is de kunst”. Alleen ruimt Wehrli niet gewoon zijn huis op, maar eigenlijk alles. Een bord soep met lettervermicelli, bijvoorbeeld. Met als “na”-foto een bord soep waar de vermicelli netjes op alfabet ligt. En een slordig bakje frites met een klodder ketchup wordt een leeg bakje met een kloddertje ketchup ernaast, en de frietjes zijn geordend als geturfde streepjes. Ook kunst ruimt hij op: de opgeruimde slaapkamer van Van Gogh, de gesorteerde vierkantjes van Paul Klee en het in elkaar geperste blikje Campbell Soup zijn briljant.


Twee voorbeelden van opruimprojecten van Ursus Wehrli.

Maar spullen. Het zijn er zoveel dat tellen een hels karwei is. Zoveel dat je ze niet binnenshuis kunt tellen: ze nemen teveel ruimte in (lengte keer breedte keer hoogte). In de loods waar je alles naast elkaar legt, heb je achteneenhalf keer de oppervlakte van je huis nodig om alle spullen kwijt te kunnen.

Jij hebt 15734 spullen, samen met je vriend en kind. Je hebt elk puzzelstukje, elke sok, elke pion, elk meubel geteld. 116 van die spullen zijn spullen om andere spullen in mee te nemen. Er zijn 123 spullen kapot. Je hebt 876 boeken, 312 platen en cd’s, 870 dingen om aan te trekken. Er zijn 45 dubbelen. En inmiddels zijn er misschien al wel wat spullen bijgekomen, al las ik op je weblog dat er een inbreker is langsgeweest die een aantal spullen uit de categorie electronica heeft meegenomen. Treurig, vooral vanwege de niet-spullen: je bestanden.

Hoeveel spullen heeft een mens nodig? Geen 15734. Het punt waarop je precies genoeg had is ongemerkt gepasseerd, zeg je. Bij mij ook, denk ik. Mijn goede voornemen met betrekking tot spullen: de verhouding gelezen staat tot ongelezen boeken in mijn kast vergroten. Meer lezen dan kopen, dus.

Met opgeruimde groeten,
Jeanine

Aanvulling na reacties van oplettende lezers: ik hoef natuurlijk niet per se meer te lezen dan te kopen om die verhouding te vergroten, als ik bijvoorbeeld zorg dat de verhouding gelezen : ongelezen boeken bij de nieuwe boeken groter is dan nu bij de oude boeken gaat dat uiteraard al goed. Dank! Mijn voornemen is natuurlijk wel om de verhouding zoveel mogelijk te vergroten, en dan is meer lezen dan kopen wel een goed idee.


Deze column verscheen afgelopen weekend in de Volkskrant. Ik heb, na een vriendelijke mail van Maurice de Hond, een paar kleine foutjes in de column verbeterd.

Beste Maurice de Hond,

In de kerstvakantie hoorde ik op de radio dat u aan het eind van 2012 nog een peiling had gedaan. “Als er nu verkiezingen waren, dan werd de PvdA de grootste partij”, concludeerde de nieuwslezer. Ik snap nooit goed wat ik met dit soort informatie moet. Er zíjn nu geen verkiezingen. En zelfs als het kabinet direct na het kerstreces valt (je weet het immers maar nooit met die Nederlandse regeringen), dan is er voor de verkiezingen alweer van alles veranderd in de voorkeuren van de kiezer.



Daarnaast vroeg ik me af hoe serieus ik die uitspraak over de grootste partij moest nemen. Volgens uw peiling was de PVV op dat moment goed voor 25 zetels en de PvdA voor 26. Maar ik herinnerde me dat u er bij de laatste verkiezingen rustig een zetel of drie per partij naast zat. Dus met een verschil van één zetel kunt u helemaal niet zeggen wat de grootste partij is.

Ik moest denken aan uw Amerikaanse collega Nate Silver. Hij maakt al een paar jaar furore met zijn peilingen. Dit jaar spande hij de kroon door bij de presidentsverkiezingen de winnaar in alle vijftig staten correct te voorspellen. Op data-nerds zoals ik maakte Silver indruk doordat hij bij elke voorspelling een interval gaf waarvan hij 95 procent zeker was dat de uitslag daarin zou vallen. En bij 96 procent van de staten zat zijn voorspelling keurig in het juiste interval.

Zou het niet geweldig zijn als Nederland een eigen Nate Silver had? Iemand die met strakke formules de beste voorspellingen van iedereen doet? Volgens mij is er een prima kandidaat: u. Toen ik namelijk uw website bekeek, viel het me op dat u veel genuanceerder formuleert dan de nieuwsberichten doen vermoeden. Bij uw peiling van eind december zei u zelf nergens iets als “stel dat er nu verkiezingen waren.” Sterker nog, u benoemt niet eens dat de PvdA de grootste partij is. Keurig.

In oudere prognoses zag ik ook dat u al een soort intervallen geeft zoals Silver doet. Bij uw laatste voorspelling voor de Tweede Kamerverkiezingen schreef u bijvoorbeeld over het CDA: “Een score tussen de 10 en 14 [zetels] is het meest waarschijnlijk.” Wel jammer dat u niet precies zegt hóe zeker u van die uitslag bent. Het CDA eindigde overigens netjes op 13 zetels.

U had bij die laatste verkiezingen achttien zetels verkeerd voorspeld. Geen van uw grote concurrenten deed het beter, maar toch denk ik dat u het nog veel beter kunt doen. Zou het niet prachtig zijn als u bij de volgende verkiezingen vrijwel álle zetels goed had?

Maak uw modellen nog preciezer en laat in uw prognose voortaan exact zien hoe zeker u bent van uw voorspellingen. Gebruik statistiek om gegevens van andere peilers slim mee te nemen in uw modellen. Zoek een nieuwe formule om het gedrag van zwevende kiezers te voorspellen. Gebruik uw bekendheid om uw voorspellingen in de media te krijgen.

Ik voorspel u grote successen.

Ionica